Zaterdag 29 januari
Om half zes gaat de wekker, want we willen om zeven uur weer bij het ontbijt zitten om te genieten van alles wat er voorbij komt. Het verveel absoluut niet. Gek genoeg is er nog geen vogel te bekennen. Dat is wel heel gek. Nu het toch zo rustig is kunnen we beter eerst ontbijten. Als de vogels dan wel komen hebben we daar alle aandacht voor. Nog tijdens het eten komt er een groot gevaarte aanvliegen. Het is er niet één, maar wel een stuk of acht. Het zijn Chachalaca’s. Het zijn hele grote, bruine vogels. Heel indrukwekkend. Daarna komen we niet meer weg bij de voederplaats. Elke dag zijn er andere vogelsoorten te ontdekken en vandaag lijkt in het teken te staan van de kleine vogeltjes. Ze hebben de meest mooie kleuren die je kunt bedenken. Wauw, wat is dit gaaf. Het idee was om vandaag op tijd weg te gaan naar een ander natuurgebied, maar waarom zouden we weg gaan als het hier al zo mooi is? We blijven tot 9 uur zitten en slepen onszelf weg als het heel even wat rustiger wordt. Onderweg naar de kamer komen we ook nog allemaal kleurrijke vogeltjes tegen. Gisteren hadden we ontdekt dat we het vrouwtje hadden gezien waarvan we ook heel graag het mannetje willen zien. Als ik uit mijn ooghoek een wit bolletje zie vliegen weet ik genoeg. Dat is dé vogel. Wij zijn door het dolle heen en kunnen zelfs een bewijsfoto maken. Hopelijk krijgen we later nog een kans om de vogel ook scherp vast te leggen. Ik zie mijn amigo de vloer vegen en vertel hem het fantastische nieuws. Deze vogel blijkt zijn lievelingsvogel te zijn. Hij weet ook nog een plek waar de grootste specht van Costa Rica een nest heeft en wil ons daar vanmiddag mee naar toe nemen. Het is op een plek waar je normaal gesproken alleen met gids mag komen.
Voordat we met de auto weg gaan moeten we nog even langs de receptie waar we worden opgehouden door het geluid van een blue-jeans frog. Als hij te horen is dan zou je hem toch ook makkelijk moeten vinden? Dat lukt ons ook nog. Wat hebben wij een geluk. Het is eigenlijk te droog voor kikkers, maar deze liet zich toch even aan ons zien.
Zo zijn we weer een uur verder voordat we daadwerkelijk in de auto stappen op weg naar Tirimbina. Het is slechts tien minuten rijden met de auto. Overal in Costa Rica zijn parkeerplaats bewakers die registreren wie er binnen komen. In ons beste Spaans maken we duidelijk dat we komen wandelen. We zijn welkomen en meneer helpt ons met inparkeren. Al lukt ons dat prima zelf. Onze auto is zelfs uitgerust met een achteruitrij camera. Onze temperatuur wordt opgenomen, ontsmet en we worden toegelaten. Nog voordat we de receptie hebben gevonden zijn we al weer afgeleid door tig vogels en het bekend geluid van de blue-jeans frog. Het is hier een stuk natter en de kikkers laten zich massaal horen. We vinden het kikkertje en het laat zich zo mooi fotograferen. Een paar minuten later zie ik een kikker met groen en zwart. Ook één die hoog op ons wensenlijstje stond. Het is nu al de moeite waard geweest om hier naar toe te gaan.
Om bij het natuurgebied te komen moeten we eerst een grote hangbrug oversteken. De langste van Costa Rica (al beweerd elke brug wel ergens in uit te blinken) en zo’n 23 meter boven het water. De rivier is hier aanzienlijk breder dan bij ons en maakt een behoorlijk kabaal. We doen er zeker wel een half uur over om aan de overkant te komen. De bomen zitten hier vol met leguanen, ijsvogels vliegen over, een koekoek zit in de boom. Het is wel flink afzien in de zon. Je moet er wat voor over hebben om al dit moois te zien.
We zijn nog niet begonnen aan de wandeling of ik zie de eerste vogel al zitten. Een mannetje en vrouwtje van een gele Trogon. Dat is het logo van het hotel waar wij verblijven. Ik had net geroepen dat we die nog moesten zien en daar zitten ze dan. Wat gaaf! De wandeling gaat heuvel op en af over een aantal (hang)bruggen over kleine stroompjes met water. We lijken de enige mensen te zijn in dit gebied. De hele jungle voor ons alleen. De enige geluiden die je hier hoort komen van vogels en insecten. Er vliegt genoeg rond, maar het is hier zo dichtbegroeid dat het amper terug te vinden is. Af en toe komt er een kopje of staartje voorbij, maar dat is het dan ook. Het wandelen valt ons wel zwaar. De luchtvochtigheid is hoog. We moeten echt heel langzaam lopen. Dat geeft ons alle gelegenheid om goed te genieten. Alle bomen en planten zijn hier zo groot dat we ons erg klein voelen.
Bij het restaurant gaan we uitrusten en afkoelen met een vruchtensmoothie. We willen nog een klein rondje maken door de tuin. Er zijn genoeg mooie vogels, maar minstens net zoveel muggen. Ik kom er niet eens aan toe om vogels te spotten. Zo druk ben ik bezig om die ellendige beestjes van mij af te slaan. De tuinman denkt dat wij van bloemen houden en sleurt mij mee naar iets toe. Ik heb werkelijk geen idee wat de man probeert duidelijk te maken. Ik kijk uit op een bloem/plant wat blijkbaar het bezichtigen waard is. Er vindt verder geen communicatie plaats dus wat hier nu zo speciaal aan is weet ik niet. Hij drukt zijn neus in de plant en ik moet dat ook doen. Het ruikt een beetje apart. Misschien is het een bijzondere stinkplant die niet vaak bloeit? Een beetje verloren sta ik naar de plant te staren.
De rest van de middag doen we niks. De benen gaan omhoog en hebben dringend behoeft aan niks doen. Ik probeer nog even te slapen voordat we een date hebben met mijn amigo. Zoals het hoort zijn wij Hollanders mooi op tijd bij de afgesproken plek. Onze amigo laat ons alleen in de steek. Waar blijft hij nou? We worden nogal ongeduldig en er valt verder ook niks te zien. Een half uur later komt hij eindelijk voorbij. Hij is druk, druk, druk en heeft toch geen tijd. Toch wil hij met ons de hangbrug over en de plek laten zien waar de specht zijn nest gevestigd heeft. Ondanks de hoge werkdruk is hij helemaal enthousiast en wijst ons op elke vogel die voorbij vliegt. We hebben het nest gevonden en de specht komt net aanvliegen. Bijna aan het eind van de hangbrug is een deur, die alleen open gaat als je met gids in dat natuurgebied wilt wandelen. Net achter de deur zit op de hangbrug een neusbeertje. Die hadden we ook nog niet gespot. De specht zit op een andere boom. Ik weet niet wie er enthousiaster is. Wij of onze amigo.
Totdat we gaan eten blijven we op de kamer. Lekker lezen en rusten. Om zes uur vergaan we van de trek en vallen aan op het buffet. Elke dag is er ook een lekker fruitsapje en zo proberen we allemaal nieuwe vruchten uit. Het is vandaag sterfruit. Een heerlijk verfrissend sapje. Het wordt een romantisch diner in het donker, want de stroom valt elke keer uit. Gelukkig heb ik een zaklamp bij mij, want hoe kom ik anders veilig bij mijn kamer met al die enge beesten die hier rond kruipen? We gaan nog even bij de vijver kijken of er nog leven te vinden is. Dat is er zeker! Ik schrik en beginnen te gillen en spring in het rond. Een hele grote kikker zit op een paar centimeter afstand van mijn voet. Die kleine, kleurrijke vind ik nog leuk. Dit valt in een hele andere categorie en is doodeng. Mama weet niet eens wat ik zie, maar begint mee te gillen en laat van schrik haar camerahoesje op de grond vallen. Zij vindt de kikker alleen maar interessant en wil het vastleggen. Succes. Hier is de zaklamp. Veel plezier. Ik blijf veilig wachten bij het gebouw. Terwijl zij bezig is met foto’s maken zie ik een schaar uit de bosjes komen. Ik gebied haar om snel naar mij toe te komen. Kijk, er zit een krab van wel 20 centimeter die langzaam onze kant op loopt. Het zint mij helemaal niet. Met opgekrulde tenen (zo bang dat er iets overheen ga lopen) loop ik zo snel mogelijk terug naar onze kamer. Daar is het veilig. Hopelijk krijg ik geen nachtmerries van al die beesten. De jungle in daglicht bevalt mij een stuk beter.
Zondag 30 januari
Vandaag blijven we bij het hotel en staat er weinig op de planning. We zijn “pas” om zeven uur bij het ontbijt. Beginnen met een kopje koffie bij de voederplaats is een moment waar ik erg naar uitkijk en van geniet. De vroege vogels zijn net als ik vandaag niet zo heel vroeg en laten zich nauwelijks zien. De Montezuma’s zijn er natuurlijk wel, maar die hebben we zo vaak gezien dat ze voor ons gelijk staan met een kraai. Niet bijzonder genoeg meer. We proberen ook niet meer van elke vogel die voorbij komt een foto te maken, want anders zien we door de bomen het bos niet meer. Zoveel foto’s dat we maken. Onze amigo vertelde gisteren dat de neusbeer ook graag ontbijt met banaan bij het restaurant. We hebben daar heel wat uren doorgebracht en toch geen neusbeer gezien. Drie keer raden wat er vandaag gebeurd? De neusbeer komt ontbijten. Dat is een aangename verrassing. Dat het zo rustig is weerhoudt ons er niet van om lekker lang te blijven zitten. We zijn pas rond een uur of tien weer terug bij de kamer. We hebben nog wel een paar nieuw vogels gespot of een vogel beter vast kunnen leggen.
Bij onze kamer gaan we op de schommelstoelen zitten om nog wat vogels te determineren. Dat valt niet altijd mee. Er zijn zulke kleine verschillen of er mist net een belangrijk detail op de foto dat het niet te herleiden is wat we gezien hebben. Meestal is het wel mogelijk om te zien tot welke soort het behoord. Zo hebben wel al tig parkieten over zien vliegen. We weten dat ze groen zijn, maar dat zijn ook alle soorten die hier aanwezig kunnen zijn. Ik pak mijn boek er bij en ga lekker lezen in de hangmat. Een heerlijke plek. Het valt nog niet mee om mij te concentreren op het verhaal. Ik hoor soms prachtig gezang of zie iets fladderen vanuit mijn ooghoek. Ik zie zoveel mooie vlinders dat ik toch maar even op sta. Natuurlijk is er geen vlinder te bekennen tegen de tijd dat ik bij de bloemen sta met mijn camera. Het is ook verrekte warm in de brandende zon. Snel weer terug naar mijn aangename plekje en verder lezen.
Gek genoeg vliegt de tijd voorbij en is het al half drie geweest. We willen nog graag een rondje lopen op zoek naar vogels. De zon schijnt nu volop. De vogels vinden dat blijkbaar geen goed moment om zich te laten zien op een verdwaalde Wren na. Het levert niks op. Een goed moment om weer een smoothie te halen. Bij onze kamer worden we begroet door een ree/hert. Op onze veranda gaan we Wie is de mol terug kijken. Drie afleveringen missen kan echt niet. De WIDM kijkers onder ons zullen dat vast begrijpen. Nu moeten we nog even geduld hebben voordat we mogen eten en dat valt niet mee. We hebben trek. Vanavond hebben we gereserveerd bij het Italiaanse restaurant. Tijd voor een pasta.