Woensdag 26 januari San Jose – Sarapiqui
We zijn opgebleven tot half negen. Wat kan je daar trots op zijn. Tussendoor ben ik wel even wakker geworden en heb ik “doorgeslapen” tot 4 uur. Hoe mama’s nacht is verlopen kan ik maar beter niet vertellen. We moeten al onze spullen weer reorganiseren, want we gaan vandaag onze huurauto ophalen. Als we met het reorganiseren klaar zijn gaan we ontbijten. Het is nu nog iets te fris om eerst te gaan vogelen. Het personeel spreekt niet altijd even goed Engels. In mijn beste Spaans maak ik toch even duidelijk dat we meer bakbanaan willen. Je mag (ik denk vanwege Corona) niet zelf je eten opscheppen.
Het is wederom prachtig weer en we hebben nog voldoende tijd voordat we opgehaald worden. Tijd om snel naar buiten te gaan en nog een keer te genieten van de mooie tuin. We zijn twee stappen buiten en we zien al zoveel vogels. We weten niet waar we kijken moeten. We hadden nogal wat soorten op ons wensenlijstje staan en we kunnen er nu toch al heel wat afstrepen. Als we een grote bruine vogel aan zien komen vliegen worden we laaiend enthousiast. Het is een koekoek. Wat een mooie vogel is dat. De vogel blijft goed zitten zodat we het goed kunnen observeren. Ondertussen vliegen er allemaal kleurrijke vogels om ons heen. Voordat we het door hebben is het al tijd om onze spullen te pakken. We kijken er enorm naar uit om met de auto op pad te gaan.
Stipt om negen uur komt er een auto voor rijden om ons op te halen. Een grote, witte Nissan Kicks waar wij de komende weken in mogen rijden. De man spreekt amper Engels en met mijn drie woorden Spaans kunnen we toch een klein praatje maken. De rest van de reis willen we zo snel mogelijk vergeten. De beste meneer denkt dat hij Max Verstappen is en rijdt als een bezetene door de stad heen. We slalommen over de weg, vliegen de heuvels af en belanden in een greppel met als gevolg dat mama haar hoofd hard stoot. De hele rit zijn wij beiden stil. We zijn druk bezig om de reis naar het verhuurstation te overleven. Toen we net geland waren vonden we de reis naar het hotel al lang duren, maar op deze manier lijkt het helemaal uitzichtloos. We gaan plat door de bocht en rijden midden in de drukke stad 90km per uur waar je slechts 40 mag. Op deze situatie hebben we geen invloed waardoor we een knop omzetten en maar hopen dat we veilig op onze bestemming komen. Ik doe onderweg ook nog snel een schietgebedje. Zeker een half uur later komen we aan bij de autoverhuurder. We staan te trillen op onze benen. Niet heel handig, want we moeten onze hoofd er goed bij houden dat alles goed gaat rondom het huren van de auto. Er ontstaat lichte paniek bij de medewerkers als blijkt dat we de auto 3 weken willen huren en niet één week. We hebben onze reservering last-minute gewijzigd en een week bijgeboekt. Dat hadden ze niet goed begrepen. Gelukkig komt het goed. Ze hadden twee aparte reserveringen gemaakt. We kunnen deze auto gewoon de gehele periode gebruiken. Dat is een opluchting. Helemaal uitgeput stappen we in de auto. We stellen onze navigatie in op een koffietentje onderweg waar we bij gaan komen van ons vreselijke avontuur.
We rijden prachtig door de bergen en komen uit bij een heel mooi typisch Costa Ricaans houten huisje waar we koffie drinken. Het heeft uitzicht op de omliggende koffieplantages. Er groeien allemaal mooie planten en bloemen die vlinders en kolibries aantrekken. We nemen alle tijd om op adem te komen. Nu komt alle stress en spanning van de autorit er uit. Wat kun je van slag raken van zo’n helse tocht. Het is inmiddels ook bloedheet geworden. Dat is even wat anders dan de temperatuur bij het hotel waar we vandaan komen. Er groeien op dit terrein ook bomen die alle kleuren van de regenboog hebben. De bast is zo veel kleurig. Dit hebben wij nog nooit eerder gezien. Het is net een schilderij. Nu we voor het eerst in lange tijd weer op reis zijn genieten we nog intenser van alles om ons heen. Af en toe moeten we onszelf even knijpen. Is dit echt? We rijden gewoon in Costa Rica rond en dit kan niemand ons meer afnemen.
De reisduur naar onze volgende bestemming is slechts twee uur. De weg slingert door de bergen heen waardoor we er een stuk langer over doen. In de buurt van de Poas Vulkaan komen we in een vruchtbaar gebied waar allemaal aardbeien gekweekt worden. Dat past voor mijn gevoel totaal niet bij Costa Rica. Aangezien ik zelf al verlept in de auto zit lijkt het mij niet handig om aardbeien te kopen. Die zien er twee minuten later net zo slecht uit als dat ik er bij zit. De overgang naar deze hitte is even wennen. Onderweg komen we een prachtige waterval tegen waar we even uitstappen en het geweld van al het water proberen vast te leggen.
Niet veel later komen we aan bij onze volgende stop plaats. Het is er druk, maar gelukkig is er nog plaats voor ons. Van buitenaf lijkt het niet spectaculair, maar zodra je binnen komt (of beter gezegd weer buiten) snap je waarom het hier zo druk en geliefd is. Je kijkt uit op de waterval waar we net langs gereden zijn en er is een voederplaats voor vogels. Om ons heen zitten alleen maar enthousiaste vogelaars. De één heeft nog een grotere toeter dan de ander. We vergeten even ons avontuur van vanochtend en verliezen ons helemaal in de vogels. We zouden bijna vergeten dat we een lekkere smoothie hebben besteld. Mijn Spaans blijkt niet altijd even goed te werken waardoor mijn Mango smoothie iets anders geworden is. Geen idee wat het moet zijn, maar het smaakt heerlijk. Mama vindt het naar biest smaken en daarmee heeft ze het helemaal verpest voor mij. Er zijn zoveel nieuwe soorten te zien. Het kan niet meer stuk vandaag als we een red-headed barbet zien. Iedereen in het restaurant vliegt overeind als de Emerald Toucanet zich laat zien. Een prachtige groene toekan die zich niet zo heel vaak laat zien in Costa Rica. De vorige reis hebben we hem slechts één keer kunnen zien voor een paar seconden. Minutenlang kunnen we de vogel bekijken. Soms zitten ze er zelfs met vier tegelijk. De tijd vliegt voorbij en we beginnen trek te krijgen. We bestellen een lunch en krijgen een gigantisch bord voor ons met kip, paprika, ui, bonen rijst en allemaal dingen waarvan we geen idee hebben wat het voor moet stellen. Het smaakt wederom heerlijk. We moeten onszelf in de benen hijsen om verder te rijden naar onze eindbestemming.
Om drie uur komen we aan bij het hotel. Het is even zoeken naar de parkeerplaats en de receptie. Je moet over een onverhard pad door de jungle naar de receptie. We krijgen allemaal informatie mee en besluiten om eerst naar de kamer te lopen. We halen later de bagage wel op. Dat was een heel slecht idee. Het is een behoorlijk stuk wandelen naar de kamer. Het is bloedje heet op de kamer en we zijn doodmoe. We ploffen op bed neer en gaan eerst even rusten. Het uitrusten wil maar niet lukken, maar de bagage moet toch deze kant op. We lopen het stuk weer terug en lopen met onze rolkoffertjes door de jungle naar de kamer. Gelukkig blijven we hier een aantal nachten zodat het de moeite waard is om zo’n eind te sjouwen met onze spullen. We zijn te moe om het terrein te verkennen. We ploffen neer op bed en komen er pas van af als we mogen eten. Er staat een heerlijk buffet voor ons klaar, maar de eetlust blijkt toch niet al te groot te zijn. Ik denk dat we ook te moe zijn om goed te eten. Als ik mijn laatste hap nog moet doorslikken wordt het toetje ons al voorgeschoteld. Een tres leches cake. Mama gruwelt er van. Het is een stukje cake dat doordrenkt is met gecondenseerde melk. Ik plaag haar nog even door er lekker op te drukken zodat alle melk er uit stroomt. Na het eten moeten we nog even opblijven voordat we mogen slapen. Zonder middagdutje is het toch nog wel erg moeilijk om wakker te blijven tot acht uur. Een betere eerst dag hadden we ons niet kunnen wensen. We hebben zoveel mooie vogels gezien en zelfs nog kunnen vast leggen. Dit kan toch nooit meer overtroffen worden?
Donderdag 27 januari – Sarapiqui
We hebben relatief goed geslapen. Ik hoop dat ik wakker gemaakt wordt door de brulapen, maar dat is helaas niet het geval. Het ontbijt is “pas” om zeven uur dus we hebben nog even de tijd om een wandeling te maken. We gaan richting de rivier en worden gelijk blij van alles wat we zien. Er vliegt een ijsvogel voorbij, een roofvogel zit rustig in de boom en er zijn allerlei soorten reigers. Naast de mooie vogels stikt het ook van de mooie planten en bloemen. Er groeien hier zelfs stervruchten. Wees blij dat je digitaal niet de lucht van de rottende vruchten die op de grond liggen kunt ruiken. We blijven de rivier volgen en lopen alvast richting het restaurant.
Het is er verrassend druk. Wat doen al die mensen daar zo vroeg? Er is een hele mooie voederplaats ingericht voor vogels en eekhoorns. Vanaf je bankje met tafeltje kijk je zo op alle vogels. We zien gelijk een nieuwe soort tanager die knalrood is. Zo onnatuurlijk. We genieten mee van de kennis van de reisleider. Zo weten we gelijk welke soorten we hebben gezien. Er komt ook een nieuw soort honingkruiper voorbij. Het mannetje is turquoise blauw en het vrouwtje is knalgroen. Zo apart en zo mooi. Het blauw is bijna fluorescerend. Als de groep weg gaat grijpen wij onze kans en pikken snel het plekje in onder het genot van een bak koffie. Elke paar minuten worden we wel verrast door een nieuw soort vogel. Het is wel een vrij lastige opstelling voor het fotograferen, maar we doen ons best. We hebben in ieder geval genoeg bewijsfoto’s. Na een tijd verkassen we naar binnen om te gaan ontbijten. Er staan onder andere pannenkoeken op het menu. Dat is zo lekker samen met de verse ananas. We moeten ons goed vol eten dus we gaan ook aan de rijst met bonen, toast en nog heel veel vers fruit. Dat smaakt hier zoveel lekkerder dan in Nederland. Ondertussen raken we elke keer afgeleid door alle vogels die voorbij komen. Als de Montezuma’s bedacht hebben om ook te ontbijten met banaan gaan we snel naar buiten. Deze moeten wij ook vastleggen.
De vogels zijn zo enthousiast dat ze naar binnen vliegen als ik buiten sta en bijna het brood van mijn bord afsnoepen. Het ontbijt duurt tot 9 uur dus zo lang blijven wij ook zitten. We nemen nog maar een kopje koffie en proberen de vogels nog beter vast te leggen. Daarna is de energie wel op en gaan we terug naar de kamer. Dat ‘even’ valt wat tegen. We maken een ommetje bij een enorme hangbrug over de Sarapiqui rivier. Een enorme zwarte gedaante vliegt over en landt in de boom naast de brug. Het is een Turkey Vulture op slechts een paar meter afstand. We kunnen de vogel goed observeren en vastleggen. Een medewerker komt de brug even schoonmaken en is om een praatje verlegen. Ik heb geen idee waarom je een brug bestaande uit een stalen constructie vol met gaten met een bezem schoon moet maken. Het komende half uur zit ik aan mijn amigo vast. Hij is zeer vriendelijk en geeft allemaal informatie over de vogels en dieren die we hier tegen kunnen komen. Hij weet ook nog een leguaan te spotten. De eerste van deze reis.
Tig jaar later komen we dan eindelijk aan bij onze kamer. Ik ben nu zo moe dat ik toch maar even ga liggen. Slapen wil niet lukken, maar uitrusten is ook al heel fijn. Het is vakantie dus daar hoort ook relaxen bij. Ik geniet van de hangmat bij onze kamer en zie van alles voorbij komen. Vlinders in de meest prachtige kleurencombinaties, een leguaan en op een gegeven moment komt er een groep brulapen voorbij. Vanuit de luie stoel kunnen we dit alles bewonderen. Daarna komt de moeilijke vraag. Wat gaan we de rest van de dag doen? We willen van alles, maar het is ook heet en benauwd. Gaan we wandelen of toch bij het zwembad zitten? We trekken de schoenen aan en gaan een kleine wandeling maken vanaf onze kamer. Twee stappen later ben ik al afgeleid door alle vlinders bij de vele bloemen. Het is te heet om in de brandende zon ze te fotograferen. We lopen door de jungle. We zien een waterstroompje vol met schildpadden en een nieuwe soort ijsvogel komt ons verblijden. Het lopen gaat zeer tragisch, want het is echt wennen om te bewegen in deze warmte. Niet veel later zijn we al bij de receptie. De wandeling zou een half uur duren, maar zelfs met dit lage tempo is dat nog niet gelukt. In dat geval kunnen we ook best wat verder lopen. We steken de weg over waar ook nog een groot gebied is waar we kunnen wandelen. Er zou een prachtige botanische tuin moeten zijn, maar het is nogal vervallen. Het schrikt de Toekan gelukkig niet af. Via een trap lopen we de heuvel op in de hoop meer moois tegen te komen. De klim is pittig, maar helaas levert het weinig op. We komen uiteindelijk uit bij een aantal bungalows waar je ook zou kunnen verblijven. Ook dit ziet er niet zo mooi uit. Je hoort ook nauwelijks geluiden van dieren. We ploffen neer op een bankje om bij te komen. Dat duurt niet lang, want er is een andere soort Toekan gespot. De hele klim is dus toch ergens goed voor geweest. In het dichte bos horen we wel wat, maar hoe vind je dat terug tussen al die bomen en planten? Niet dus! We geven het op en lopen terug naar onze kamer. We zien nog een gids staan met telescoop. Wat is er te zien? Met mijn goede oren verneem ik dat er een luiaard in de boom zit. De mensen zijn hier zo vriendelijk dat ze ons met veel plezier willen uitleggen waar het beest verstopt zit. Hoog in de boom zit een bolletje en dat is meneer de luiaard. Veel meer dan dat kunnen we er niet van maken. Na deze korte, maar vermoeiende wandeling gaan we naar het restaurant om een verkoelend drankje te halen. We krijgen een enorme smoothie zoals dat natuurlijk in Costa Rica hoort. Met zicht op de voederplaats zodat we ook nog regelmatig kunnen opstaan om weer nieuwe vogelsoorten te spotten.
Op deze rustige dag die we ons hadden voorgenomen moeten we nog meer rust houden. Een plons in het koude zwembad helpt om weer even wakker te worden. Aan een boek lezen kom ik niet toe, want mijn amigo komt weer langs. Het stikt hier van de Amerikanen en die houden nogal van kletsen. Iedereen moet weten dat deze dame uit Nederland komt dus ik word voorgesteld aan de halve groep. Ik raak aan de praat met een oude dame van 94 uit Oregon. Zo wil ik ook wel oud worden. Als ik mama weer tegen kom wisselen we onze belevenissen uit. Er is hier altijd wel iets te beleven. Zij heeft de bewaker van de parkeerplaats ontmoet met zijn huisdier. Dat is een neushoornkever van zeker wel 15cm groot. Ik weet nog niet zo goed of ik het nou leuk of doodeng moet vinden. Net als de reusachtige sprinkhaan die we ontmoet hebben.
Bij het avondeten probeer ik een nieuw soort drankje uit. Sap van de guanabana. Een vrucht waarvan ik geen idee heb wat het moet voorstellen. Het sap is wit en smaakt erg goed. Vanavond ben ik een stuk wakkerder bij het eten en kunnen we er beter van genieten. We blijven zelfs nog een kop koffie drinken. Zo lang we hier zitten hoeven we wat minder moeite te doen om wakker te blijven. De Amerikanen observeren met hun outfits geeft voldoende afleiding.